(Go: >> BACK << -|- >> HOME <<)

Direct naar artikelinhoud
Column

Je eigen kind lesbisch? Dat was voor mijn vader een brug te ver

Toen ik als tiener voor het eerst een vriendinnetje mee naar huis nam, was dat best spannend, maar niet fundamenteel eng: ik deed wat de heteroseksuele meerderheid deed. Toen mijn zus jaren later haar coming-out beleefde, wekte dat, hoewel zij al ruimschoots volwassen was, een flinke storm op in ons gezin van herkomst.

Vooral mijn vader, Marokkaans van oorsprong, had er hevige moeite mee. Het kwam goed, maar het was een lang proces. Had ik niet verwacht. Onze ouders hadden ons ruimdenkend opgevoed, ze waren bevriend met homoseksuele koppels, en toen ik mijn eerste langdurige relatie kreeg, met een meisje met twee moeders, was er ook geen probleem: mijn ouders konden het uitstekend met de hare vinden. Maar je eigen kind lesbisch? Dat was voor mijn vader blijkbaar een brug te ver.

Een diep verankerde culturele vorming zat hem dwars, en ik ben blij dat hij die heeft weten te overwinnen en uiteindelijk de seksuele oriëntatie van zijn dochter volledig kon accepteren.

Met de paplepel

Voor mij was die acceptatie vanzelfsprekend. Daar hoef ik me niet politiek correct voor op de borst te kloppen: mijn ‘progressiviteit’ was me met de paplepel ingegoten. Ook dat was: culturele vorming.

Onlangs meldde de GGD dat nog maar 43 procent van de Amsterdamse jongeren homoseksualiteit normaal vindt, een daling van 20 procent ten opzichte van twee jaar geleden. Ook daar: culturele vorming. En ja, ook daar zal de islam absoluut een rol spelen, maar alleen de islam kan die verbijsterende daling niet verklaren.

Conservatisme in bredere zin wint terrein. Een paar jaar geleden nog stelde de SGP, naar aanleiding van het kinder-tv-programma Gewoon bloot, Kamervragen over ‘schennis van de eerbaarheid’ van kinderen. Vorig jaar stookte Wybren van Haga de rel rond Kinderboekenweekgedicht-schrijver Pim Lammers op met Kamervragen, terwijl Thierry Baudet zijn desinformatie-pijlen richtte op de Week van de Lentekriebels, het basisschoolproject voor seksuele voorlichting. Dat werkte inspirerend: ook tijdens de kabinetsformatie ging het urenlang over dat project, waarvan vooral de PVV en de BBB de kriebels schijnen te krijgen.

De mond vol over de Nederlandse cultuur

Geert Wilders spreekt altijd vol bewondering over de Hongaarse premier Orbán – architect van een anti-lhbti-wet. Wilders’ PVV stemde tegen opname van seksuele gerichtheid in artikel 1 van de Grondwet en tegen aparte opvang van lhbti’ers in asielzoekerscentra. Onlangs nog weigerden coalitiepartijen PVV, BBB en NSC een Europees stembusakkoord te tekenen met het COC over de behartiging van mensenrechten van lhbti-personen in het Europees Parlement.

Conservatieve en extreem-rechtse partijen hebben altijd de mond vol over de Nederlandse cultuur, maar zij haten alles waar die cultuur voor staat: vrijheid, openheid, kunst, wetenschap, journalistiek, ruimdenkendheid. En ja, dus ook lhbti-rechten.

Hun haat besmet onze kinderen.

Jamal Ouariachi is schrijver. Behalve­­ romans en verhalen schrijft hij onder meer recensies en columns. Lees hier eerdere columns van Ouariachi terug.